Filmforum

Message Bookmarked
Bookmark Removed
Not all messages are displayed: show all messages (11454 of them)

oh wow. i had no idea van die remake én van die verfilming. op de lijst.
dat boekje van Lampo heb je zo uit, en is een beetje (erg) Latijns-Amerikaans magisch katholiek (en daarom wel leuk voor ons taalgebied, supergoed is het zeker niet)

Ludo, Sunday, 27 April 2014 13:08 (ten years ago) link

Je kan van Sorcerer samen met Fitzcarraldo en Apocalypse Now een leuk, en heel lang, thematisch "video"avondje maken. "Echt heel goed" is trouwens een beetje te zwakjes uitgedrukt, is een van de betere soundtracks ooit.

OMC, Sunday, 27 April 2014 13:22 (ten years ago) link

De rip die ik keek heeft nogal opdringerige* Russische hardsubs en de echte Antwerpenaren zijn soms wat lastig te verstaan, maar het is toch zeer de moeite.

* Kan aan mij liggen dat ik het dan lollig vind om Nederlandse namen als Groenevelt en Zeilstra in Cyrillisch te zien (Фрик Грыневелт, Зейлстра).

Martijn Busink, Sunday, 27 April 2014 13:48 (ten years ago) link

hehe. als ie onvindbaar genoeg is ben ik ertoe in staat, maar het wordt toch februari 2015 ofzo, gok ik.

Ludo, Sunday, 27 April 2014 19:30 (ten years ago) link

Beyond a Reasonable Doubt
Fritz Lang werd met de jaren zwartgalliger. En het is niet alsof hij circa M zo positief begonnen was hè. Bij hem is het elke dag gehaktdag. Truffaut theoretiseerde dat Lang nooit herstelde van de vlucht voor het nazisme. In elk geval kreeg Lang het voor elkaar on in het heppiedepeppie Amerika onwaarschijnlijk bittere noirs te maken. Beyond a Reasonable Doubt is de allerlaatste. Aardige mensen zoek je hier tevergeefs. Opportunisten des te meer. De intiteling begint doodleuk met het executeren van een gevangene. Dana Andrews is een succesvol schrijver die nodig een tweede boek moet pennen. Aanstaande schoonpa heeft een ideetje. In zijn campagne tegen de death penalty kan hij wel een onschuldig veroordeelde gebruiken. Wil jij hem soms spelen? Laten we als slachtoffer een hoertje gebruiken! Na genoeg deus ex machina-wendingen is het idee ietsje minder vergezocht dan je zou denken. De diepere laag is natuurlijk dat niemand werkelijk volkomen onschuldig is, en dat er voor onze zonden altijd iemand moet hangen. Nou ja... In elk geval zijn de toestanden Kafkaësk. De rommelige vertelstijl was waarschijnlijk bittere noodzaak om ons de twist niet te laten raden. Ik dacht zelf dat het allemaal een opzetje van schoonpa, we zijn hier ten slotte in The Company Of Men. Zou Klinkhamer 'm ooit gezien hebben?

Le Beau Serge
De nouvelle vague-jongens waren bijzonder onder de indruk van Amerikaanse cinema, en het acteren van kerels als 'le beau James'. De invloed van Dean is nu lastig voorstelbaar – was ie nou echt zo goed in die paar films? – maar dat komt vast omdat anno nu iedereen die 'fuck you I won't do what they tell me'-attitude uitstraalt. In Claude Chabrols debuut (tevens de allereerste nouvelle vague-film) is de Deco-achtige Serge de anti-held van, eh, 'Deanst'... Chabrols slimste zet is het verhaal vanuit het tegengestelde personage te vertellen. Brialy, die we een jaar later terugzagen in het veel debuutmatige wildere Les Cousins, speelt hier het braafgeknipte koorknaapje. Na jaren afwezigheid keert hij terug naar het dorp om te herstellen van een ziekte. Daar zitten ze niet meer op 'die stadsjongen' te wachten. Zo wordt juist hij een overbodige rebel tegen wil en dank, pogend het dorp opnieuw te doorgronden, of zelfs te veranderen. De dorpelingen zijn weggezakt in armoedige lethargie. De priester heeft het allang opgegeven. Toch houdt de film iets religieus, het hermetisch vastzittende conflict lijkt veel op Bresson's Dagboek van een Plattelandspriester. Een beetje slom en kil is het allemaal wel, maar zodra het echt koud wordt en de sneeuwvlokken vallen rochelt en sjokt de film richting een fraaie finale.

Le Roman d'un Tricheur
Sacha Guitry was een echt Parijs persona, en hij wist dit zelf maar al te goed. Hij schreef 120 toneelstukken, stapels romans, regisseerde soms vier films per jaar, en collaboreerde ook nog even met de nazi's. Guitry introduceert hier om te beginnen zijn cast en crew – in beeld – en zodoende zien we ook in 1936 al een vrouwelijke editor. Aan het eind van de 'intiteling' zet Sacha hoogstpersoonlijk zijn handtekening. Een man met het ego van Welles dus, maar gecombineerd met de humor van nonkel Tristram Shandy. In Le Roman d'un Tricheur speelt Guitry (wie anders?) een trickster die aan zijn onnavolgbare autobiografie werkt, als hij ten minste niet wordt onderbroken door akkefietjes. De structuur heeft de moderne postmoderniteit die Laurence Sterne ook altijd zal behouden. Minder geslaagd is dat Guitry de hele film 'voorleest'. Hij neemt zelfs de dialogen voor zijn rekening. Dat wordt met zijn donkere Arnold Gelderman-stem toch wat slaapverwekkend. Wie bij de les blijft ziet een leuke schelmenfilm vol gortdroge humor. Zo verkoopt Guitry ergens zijn fiets, maar merkt later dat ie betaald werd met een valse munt. 'Ik baalde hier zo erg van dat ik 'r meteen een pakje sigaretten van kocht.' De vrolijke scheer-scene uit Intouchables vond hier al een plaatsje. 'Met of zonder baard, ik was ineens stokoud geworden'. En ja, dat is het moment dat Guitry de rol zelf begint te spelen.

Vera Cruz
De Habsburgers in Mexico. Het lijkt te zot om waar te zijn, maar ze stuurden ooit een 'keizer' naar het opstandige land om aldaar de chique Europese heerser uit te hangen. Hebben we het over de tweede helft van de negentiende eeuw hè. Zijn einde was tragisch, al wist Maximiliaan zijn waardigheid te behouden door de executeurs wat goudstukken te betalen. Ze deden immers ook maar hun werk. Een dialoog als de deze schetst de spirit van de situatie. 'Money. Is that worth risking your life for? Comes closer than anything I know.' Eigenlijk verdient Maximiliaan een eigen western, maar ook als zijlijn is zijn hof decadent geweldig. In Aldrich's Vera Cruz vinden twee Peckinpah-loners elkaar (met tegenzin). Burt Lancaster is een en al cynisme, Gary Cooper twijfelt nog een beetje. Hun voorliefde voor financiele transacties schept desondanks een band, steggelend over paarden en rebellen. Met zijn smetteloze steevast ontblote tanden is Lancaster het beste paard van stal. Gary Cooper hinkt wat meer, hij moet uitkijken niet te worden afgeschoten. Aan de verliezende kant in de Civil War heeft ie nu geen 'cause' meer, een ander subthema. De Mexicaanse rebellen mogen dan geen geld heb om wat hired hands in te huren, ze hebben in elk geval wel een hart. 'We offer you more than money, señor. We offer a cause.'

Ludo, Monday, 28 April 2014 06:55 (ten years ago) link

http://i2.cdnds.net/12/32/618x394/movies_bob_hoskins_mona_lisa_1.jpg

Olaf K., Wednesday, 30 April 2014 19:06 (ten years ago) link

:)

http://4.bp.blogspot.com/-D0BhV6iAAfY/UgBmVx4j06I/AAAAAAAAEDU/_seP2l1mxIw/s1600/Long+Good+Friday+Bob+Hoskins.png

The Long Good Friday, een crimefilm die klopt als een slagader.

Ludo, Wednesday, 30 April 2014 19:33 (ten years ago) link

Le Diable au Corps
Naast een groot filmfan was Truffaut ook een vilein polemist. In zijn jonge jaren bij de Cahiers du Cinema wist hij wel raad met dit soort melodramatische producties, waarin een roman tot een conservatief niemendalletje verwaterd. Tikje pijnlijk dus dat ik deze film best fijn vond. Om het nog wat erger te maken ontpopte regisseur Autant-Lara zich later tot Front National-politicus en holocaust-ontkenner. Als karma-reparatie meteen maar even Resnais' korte concentratiekamp-docu Nuit et Brouillard gekeken. Maar goed. Le Diable au Corps. Een film met de sfeer van The Best Years Of Our Lives, al is de strijd hier nog gaande. Tijdens de Eerste Wereldoorlog versiert een jonge knaap een iets oudere vrouw, juist op het moment dat ze haar huwelijk aan het voorbereiden is. De jongen gaat gezellig mee een bed kopen. De klik is 'r overduidelijk, maar ja... De arme jongen moet terug naar zijn kinderlijke leven van 'dinertjes at eight', en een papa die altijd maar de centjes zit te tellen. In de allerbeste scene (oprecht Wyleriaans magisch) geeft hij aan papa toe dat hij die avond een afspraakje heeft. Ze gaan er samen (!) naar toe, en kijken naar een afstandje hoe de vrouw tevergeefs staat te wachten op een quai des brumes. (De jongen wéét dat de vrouw moet trouwen, en weet wellicht ook dat dit maar het beste is). Alles wat daarna nog mogelijk is, is onmogelijke liefde. Een herhaling van zetten. 'Houd je van me?' '…', en omgekeerd.

Ordet
Zou South Park al een ode hebben gebracht? De film is er misschien net even te cinefiel voor, maar ik zie wel een aflevering voor me met Cartman die vanaf een heuvel het dorp wakker schreeuwt, denkend dat hij Jezus is: 'Woe unto you, hypocrites!'. Later sterft Kenny natuurlijk weer, maar ditmaal niet voor lang! Het eerste half uur van Ordet vond ik zo oprecht nog iets vrolijks hebben. De Jezus-freak heeft het kapseltje en de hologige gezichtsuitdrukking van een blackmetal-muzikant, zelfs de schaduw van zijn mantel werkt mee door een paardenstaart te suggereren. De andere gezinsleden op de boerderij negeren de man zo goed en kwaad als het kan. De nieuwe priester vraagt hoe het toch gekomen is, die gekte: 'was het een liefdesaffaire?'. 'Nee, Kierkegaard.' Maar de ironische lol vergaat de kijker al snel. Een goede religieuze film – en Ordet is één van de beste religieuze films ooit – kan niet zonder een bevalling. Het kindeke is geboren, eind goed al goed? Niet bij Dreyer. 'Ik heb geen geloof in het geloof.' De bevalling is onthutsend genadeloos. Expliciet zonder expliciet te zijn. Zodoende bewerkstelligt de film zelf (ook) een klein wondertje. De kijker gaat hopen, bidden. Net zo stilletjes en sereen de personages, die elkaar noch de camera aankijken. Religie is kinderlijk vertrouwen. Of het wonder nu wel of niet geschiedt had niet eens meer uitgemaakt.

The Burmese Harp
Het is weer eens een ander perspectief. De Tweede Wereldoorlog door 'onschuldige' Japanse ogen. Het land in Birma is 'rood', meldt de intiteling, daarbij doelend op de Japanners die er vielen. Ach, op het micro-niveau van een enkele legereenheid valt de sentimentaliteit prima te begrijpen. Een kameraad is een kameraad. Dat opent de weg naar een bijzonder sentimentele en muzikale vertelling, die op een vreemde manier dus eigenlijk heel vredelievend is. De Japanse eenheid sjokt door Birma, in het defensief gedrongen door de oprukkende Britten. De mannen houden de moed erin door te zingen. De platoon-leider is de dirigent, een gewone soldaat de harpist. Om die laatste gaat het hier. Hij heeft het uiterlijk van een Birmees – merken zijn collega's op – en wat later bevangt 'm ook de boeddhistische vroomheid. De muzikant is het die het slachten, sterven en lijden niet langer meer aan kan zien, en aan een universele boetedoening begint. De rest van de compagnie (keer op keer als geheel getoond) kan het niet begrijpen. Wie wil er nu niet terug naar Japan? De film schakelt zo 2 uur lang tussen solitaire verwerkingen en een aanstekelijk groepsgevoel. Twee manieren om te overleven, beide verleidelijk. Het slot brengt ze even letterlijk tegenover elkaar. Het prikkeldraad van een 'concentratiekamp' ertussen. Enkel melodieën kunnen daar nog overheen.

Ludo, Thursday, 1 May 2014 06:55 (ten years ago) link

De dvd van De Komst Van Joachim Stiller (Harry Kümel, 1972) was mijn laatste aankoop in Boudisque te Utrecht vlak voordat deze winkel voorgoed de deuren sloot. Naar aanleiding van eerdere vermeldingen hierboven (d.d. 27 april), en met dank aan Martijn B., heb ik de tot lange speelfilm omgezette miniserie deze week eindelijk uit de kast gehaald. Het platte Antwerpse dialect dat sommige personages spreken was goed te volgen met optionele Nederlandse ondertiteling.

In deze boekverfilming van de magisch realistische schrijver Hubert Lampo wordt een serieus mysterie met wisselend succes afgewisseld met vrolijke taferelen. Het contrast is groot tussen de op droge wijze voorgedragen boekpassages tijdens de voice-overs van hoofdrolspeler Hugo Metsers en het humoristisch bedoelde acteerwerk dat beter past bij Bassie & Adriaan en Peppie & Kokkie. Toen Tita Tovenaar voorbij kwam in een korte rol als idiote psychiater (spelend met een overdreven tic en een heel groot portret van Freud aan de muur) moest ik even heel hard lachen. Eerder schoot ik in de lach tijdens een scène in een bibliotheek waar voor de verandering de bibliothecaris zelf zijn teksten keihard door de leeszaal scandeert zonder inachtneming van de aanwezige bezoekers.

De twee uitersten in acteerstijl worden onder meer vertegenwoordigd door de ernstige Cox Habbema en de frivole Willeke van Ammelrooy (in schreeuwende kleuren gekleed op de momenten dat ze haar kleren aan heeft). Ondanks de wisselende kwaliteit bleef het mysterieuze verhaal de volle 153 minuten boeien, waarschijnlijk dankzij de kracht van het bronmateriaal, het fotogenieke Antwerpse decor en de fotografie van Eddy van den Enden. Er zijn vervelendere manieren te bedenken om de jaren zeventig te herbeleven.

Vido Liber, Thursday, 1 May 2014 20:36 (ten years ago) link

Inside Llewyn Davis
Meh. Ik mag graag Coen Bros. films zien maar deze kabbelt me iets te veel. Paar leuke dialogen maar dat is wat magertjes. En die associatie met Tangerine helpt ook niet mee. ;)

Martijn Busink, Sunday, 4 May 2014 13:14 (ten years ago) link

Abba: Alleen Agnetha
Wel een aardige documentaira, al ontbrak er eentje (Frida leeft toch nog?). Agnetha komt niet half zo wereldvreemd over als ze is altijd afgeschilderd. Het nieuwe album lijkt me veel te zoet maar je zou het graag leuk vinden. Ik hou het toch ff op het oudere werk.

Martijn Busink, Sunday, 4 May 2014 13:18 (ten years ago) link

Meh. Ik mag graag Coen Bros. films zien maar deze kabbelt me iets te veel. Paar leuke dialogen maar dat is wat magertjes. En die associatie met Tangerine helpt ook niet mee. ;)

lol. :) so true.

Ludo, Sunday, 4 May 2014 19:22 (ten years ago) link

Les Dames du Bois de Boulogne
Bresson was natuurlijk een 'filmmaker's filmmaker', zélfs als hij een weelderig, toegankelijk melodrama maakte. Les Dames du Bois de Boulogne is gebaseerd op een verhaal van niemand minder dan Diderot, al werd het wel naar iets moderner tijden verplaatst. De sfeer is desalniettemin klassiek. Onmogelijke liefdes, dankzij a weddingplanner from hell. De dialogen lopen bijzonder vlotjes, rekening houdend met alle eloquentie. Ergens hapert iemand één keer; het valt op alsof er een bom is afgegaan. De Bresson-touch zit 'm in de ijskoude rust. De mensen zijn zo sereen dat je er wel doorheen lijkt te kunnen kijken. De onschuldigen zijn Onschuldig, de slechten Slecht, de dwazen Dwaas, als personificaties op een deugdzaam schilderij. Filmisch gezien is het slechtste in de mens altijd het leukst, en ook hier is het weer de femme fatale die de film aantrekkelijk maakt. Zij bedenkt een Grieks plannetje om zich op haar onwillige verloofde te wreken. Hij wil zonder ruzie uit elkaar gaan. Zij is het met poeslief met 'm eens, maar de Dwaas ziet haar sardonische grijns niet. Er staat al een hoertje klaar om de man in het verderf te storten. Met dit eenvoudige plotje houdt de film zich anderhalf uur bezig. Eén register van begin tot eind, ik vond het toch wat beperkt. Maar ik ben dan ook geen filmmaker.

Adieu Phillipine
Hier kun je mooi zien hoe fris en modern de beste nouvelle vague-films nog altijd zijn. Het was een echte jeugdbeweging. Voor en door de jeugd. Vol joie de vivre. Plezier in het niksen ook. De debuutfilm van Rozier speelt net als Godards Masculin Feminin in de entertainmentwereld. Het verschil tussen een yéyé-zangeres en een meisje in een reclamespotje is niet zo groot. Hoofdpersoon Michel werkt als cameraman voor de Franse live-televisie, waardoor we merken dat élk programma destijds een soort Russian Ark was. Michel pikt twee verveelde 'teenagers' op die buiten de studio staan te koekeloeren. Het tweetal vormt een meisjes-filmduo pur sang. Irritant, koket, en volledig met elkaar inwisselbaar. Een eeneiige vriendschap. Het nieuwgevormde triootje dartelt én drentelt de rest van de film elkaar heen. Zeker in Parijs is dat zeer vermakelijk. Ze dansen de charleston toen het nog ouderwets was in plaats van retro. Shockeren ouders. (Michel koopt mocro-style een dure kar, door de prijs te delen met vier vrienden.) Met een oudere overijverige kerel wordt een spotje voor een diepvries opgenomen. De winkeleigenaar speelt voor eskimo. De 'regisseur' is haast een typetje van Mel Brooks; hij probeert zijn carrière op te bouwen vanuit de bezemkast. Rekeningen betaald hij nooit. De tweede helft van de film gaat iedereen naar Club Med, op Corsica. Spring Breakers in 1962. Het is dat de mannen pijp roken...

Bigger Than Life
Wie ooit het effect heeft gezien van een cortisonen-injectie op een oude kat weet wat voor wondermiddeltje het kan zijn. Het halve wielerpeloton heeft er niet voor niets een attest voor. Dat de drug ook schadelijke gevolgen kan hebben ondervindt James Mason hier. Best een obscuur onderwerp eigenlijk, des te knapper dat Nicholas Ray er iets fijns van weet te maken. Hij is zijn tijd vooruit door de medische maffia en de onaantastbare vaderfiguur aan te pakken. Vóór het zover is sjeest Ray een paar meer gangbare opties voorbij. De ambitieuze Mason werkt keihard als leraar én op een taxi-centrale, om zo zijn vrouw en kind het beste te kunnen geven. Vrouw vermoedt door al dat geheimgehouden overwerk dat hij overspel pleegt. De beknelling van de suburban American Dream, beknelt ook de a(n)deren. Even later ligt Mason gestrekt in het ziekenhuis. Is het kanker? Een potentieel Sirkiaans melodrama over een man die de werkelijke (in plaats van de instrumentele) waarde van zijn gezin eindelijk herkent zit in het vat, en blijft daar. Mason gaat pillen poppen. En de pillen gaan met 'pops' aan de haal. Hij voelt zich ineens het mannetje! Furs for the missus! Jammer dat de film buiten de slaapkamer blijft, om de herwonnen mannelijkheid te bewijzen, dat zou de ontkenning van de echtgenote dat er iets mis is nog wat leuker hebben gemaakt. Niettemin begint de cortiosonen-man zeer geloofwaardig te raaskallen. Pure junkietaal, doorspekt met de ethische plannetjes van een bekrompen schoolmeestertje.

The Big Shot
'Why feed a dead man, even if he is walking around?' Cynicus Bogart leert in dit volslagen onevenwichtige noirtje van het gewone leven te genieten, maar het is veel te laat om nog aan een gewoon leven te beginnen. Hij is een 'three-time loser', een 'sucker' die bij de volgende keer bajes-tijd voorgoed zal moeten blijven. En buiten wachten alleen oude criminele matties op 'm, met een vernederend glaasje melk. Een louche advocaat en opportunistisch vriendinnetje completeren de collectie problemen. The Big Shot duurt maar tachtig minuten, maar weet zelfs in die tijd het verhaaltje ongeveer vier complete wendingen te geven. Weg van de noir, langs een actiefilm in de sneeuw, een rechtbankdrama, en de onvermijdelijke gevangenis. Daar hebben de inmates (net als in Lucky Break jaren later) tijd om een bont avondje op te voeren. Maar de spotlight lijkt in handen van Bogart eerder een mitrailleur. (Wat later wordt de daad bij het woord gevoegd.) De beste scene is het korte huiselijke moment in de hide-out. Bogart heeft zoveel tijd in de 'can' doorgebracht dat hij niet eens weet hoe hij een conserven-'can' open moet maken. Pijnlijk. En Bogart? Die is in zijn laatste gangsterfilm al zijn stokoude zelf. Voor eeuwig moedeloos, en stervend.

Ludo, Monday, 5 May 2014 06:56 (nine years ago) link

http://i.imgur.com/RQ3UVWi.jpg

http://i.imgur.com/voMTGka.jpg

Ludo, Monday, 5 May 2014 06:57 (nine years ago) link

Bonjour Tristesse
Het wondertje Jean Seberg. Ik wist eigenlijk niet dat ze door Otto Preminger werd ontdekt. Ze maakten eerst een film over Jeanne d'Arq. Hoewel de kritieken niet mals waren, kan ik me Premingers idee goed voorstellen. Seberg is zowel eeuwig meisje als iconisch wijze. Totaal tijdloos ook. In Bonjour Tristesse (de tweede met Preminger) mag ze een meer alledaagse rol spelen, als het verwend nestje dat met papa (David Niven) een zomer aan de Riviera doorbrengt. De Riviera heeft de steriele warmte die we ook van To Catch A Thief kennen. Dieper blauw vind je niet, maar je wordt er zelf ook een beetje bleu en blue van. Niven is lekker decadent met Joseph Luns-kapseltje. Hij doet aan ochtendgymnastiek, en de avondgymnastiek bestaat uit een meisje dat zijn tweede dochter had kunnen zijn. Een groot deel van de film bestaat uit geparadeer in fraaie pakjes, gelummel op het strand, en het showen van exorbitante hoeden. (Jonge maîtresse Demongeot draagt een kwal-variant.) Maar tussen de lege gezelligheid door zien we in vettig zwart-wit een flash-forward die in letterlijk galmende voice-overs ellende voorspelt. In de Riviera verzuip je je ellende. Of je pakt 'de bocht' op een andere manier verkeerd aan. Erg groots (of groots geacteerd) is het verder allemaal niet. Jean Seberg deed me zelfs aan Nicole Kidman denken. Maar je blijft toch wel kijken. Zoals Truffaut zei: 'dit is Premingers liefdesgedicht aan Seberg.'

La Ronde
'Tourne, tourne, mes personages.' Zou best eens Ophuls' eigen favoriete film kunnen zijn. Zijn gevoel voor zwieren en voor cirkels is hier tot op de essentie geabstraheerd. De draaimolen als symbool voor hoe elk leven (én elk verhaal) uiteindelijk in zijn eigen staart bijt, en weer opnieuw begint. Geboren, sterven en daartussen '…' . Anton Walbrook is de Grote Vriendelijke Verteller. Hij komt aansjokken en merkt tot zijn genoegen dat het decor al wandelende in het Wenen van 1900 is veranderd. Ah, het fin de siècle. De stille nostalgie van Zweig. Mannen met gekrulde snorren, paardenkarretjes en gescheiden bedden. (Het echtpaar grijpt elkaar de hand.) Gedurende de film zien we een kralenketting van stelletjes, één blijft, één verdwijnt. Af en toe grijpt Walbrook grijnzend in. Zo censureert hij de meest gewaagde scene door de schaar ter hand te nemen. Ik zag nog wel wat meer kansen tot meta-grappen. Ergens smijt een kerel een deur open, die blokkeert. Ik dacht dat hij het einde van de 'set' had bereikt, en dat ook op zou merken. Helaas. Walbrook spreektzingt trouwens ook nog een liedje of twee, dat hadden er nog wel wat meer mogen zijn. Nu rest – zoals eigenlijk altijd bij Ophuls – vooral een weemoedig sensueel gevoel. De mensen zijn lief – zelfs het hoertje is niet op geld uit – en alle mensen lijken uiteindelijk op elkaar.

Street of Shame
De prostitutie had Mizoguchi's interesse. Zo maakte hij al A Geisha, waarin hij hun starre gebruiken onder loep legde. In zijn allerlaatste film keert hij terug naar de louche straatjes, maar de rituele sfeer is verdwenen. De geisha's zijn Westerse hoertjes geworden, al 'reminiscen' ze nog wel over de tijd dat ze bewonderd werden om hun dichtkunst. Nu moeten ze uit alle macht de louche mannetjes naar binnen hengelen. Ze storten zich letterlijk op de koekeloerende clientèle. Gewoon de Wallen dus. De klanten worden met een zekere Von Triese sardonie bespot; het is wel duidelijk bij wie Mizoguchi's sympathie ligt. Gedurende de film is er sprake van het aannemen van een anti-prostitutiewet, tot afgrijzen van de Madam. (Simpelweg 'Otosa' genoemd.) Mizoguchi volgt een handjevol vrouwen, die ieder zo hun eigen redenen hebben om in de sector te werken. We zien de tragische armesloeber, de vergane glorie, en de gewiekste gold digster die haar 'tricks' kaal plukt. Mafste mens is het mooiste hoertje. Zij symboliseert de totale verandering, de Amerikanisering (of universalisering?) van Japan. Kauwgom malend, cynisch over anderen, complimenteus over zichzelf. Als rijke papa haar op komt halen poogt ze zelfs hém over te halen tot een nummertje. Meer dan de afzonderlijke (dra)maatjes is het echter 'het wereldje' dat de film interessant maakt. Decadente leegte.

Ludo, Thursday, 8 May 2014 06:54 (nine years ago) link

Her
Ah! Sciencefiction van de ziel, dat was lang geleden (Safe om precies te zijn). De nabije toekomst ziet er geweldig uit, gewoon herkenbaar met kleine veranderingen (zoals belachelijk hoge broeken). L.A. vond ik overigens wat lastig om in te geloven omdat de skyline zo overduidelijk van Sjanghai is. Wordt dan weer door Jonze gecompenseerd met prachtig Californisch licht. Mooie en verrassend grappige en minder melancholische film dan ik van te voren had verwacht. Zet je op verschillende manieren aan het denken over de vraag wat het nu is wat je mens maakt. Zo'n Scarlett OS is wel een hebbeding, wellicht iets te bijdehand, maar daar moet je dan maar aan wennen. Het zachtmoedige einde lijkt te suggereren dat de menselijke tast toch niet te snel moet worden onderschat.

OMC, Sunday, 11 May 2014 08:18 (nine years ago) link

In hoeverre is dat 'slechts een stem' nog van toepassing als je weet dat het Johansson is? Ik snap al nooit waarom films worden verkocht met 'de stem van …' maar in dit geval denk ik dat het het beeld voor een groot deel van het mannelijk publiek nogal verstoort.

Martijn Busink, Sunday, 11 May 2014 11:14 (nine years ago) link

The Woman on the Beach
'I wish I'd never heard of painting. Or artists.' Zou Renoir het wel eens hebben durven denken? De schaduw van zijn pa moet groot zijn geweest. Renoir in Amerika – ver van huis – het blijkt een meevaller, al worstelen de acteurs met de tussen de regels door-subtiliteiten. (En Renoir rommelt op zijn beurt maar wat aan in de enige actiescene.) Een oude schilder is blind geworden. Zijn oeuvre is opgeborgen in de kelder, als een verdrongen herinnering. Robert Ryan is metaforisch gezien de man met de sleutel. Hij ontmoet als wankele coast guard de schilder (Charles Bickford) en diens vrouw Joan Bennett. Het drietal zit wat ongemakkelijk aan tafel. Bennett vraagt om méér dan een vuurtje. 'The flame of desire', en het wakkert tegelijk Ryans achterdocht aan. Ziet de schilder dan niet dat er een kaper op de kust is? Ziet hij stiekem gewoon álles? Een uurtje Freudiaans flirten volgt. De ingehouden seksuele spanning is zo'n beetje continu aanwezig. De mooiste scene maakt gebruik van een schilderij, waarvan we trouwens nooit ook maar één exemplaar echt zien. De schilder haalt een canvas tevoorschijn. 'Dit is een van mijn beste werken, ook al was ik nooit zo goed in naakten. Wat een curves heeft ze he?' Ryan wisselt een blik met de ongemakkelijke echtgenote. 'Sorry, maar hier staan alleen wat bloemetjes op, meneer de schilder.'

Le Mystère Picasso
Over schilders gesproken. De oude meester Picasso was zeker niet vies van een stuntje, en een beetje risico. Samen met regisseur Clouzot en cameraman Claude Renoir (jawel!) maakt hij deze wonderlijke kunstfilm. Een soort MS Paint avant la lettre, noem het PP Paint. Door een speciale verfstift vallen camera en canvas samen en zien we – als op een magic board – de werken ontstaan. Geen kwast te zien. Paarden, dwergen en gedrapeerde vrouwen worden neergezet, en weer uitgeveegd. Picasso bedenkt zich nogal vaak, zodat elk schilderij er minstens tien-in-een is, waarbij de eerdere versies dankzij de camera alsnog bewaard zijn gebleven. Een reeks zwart-wit werken hadden ook best van Keith Haring kunnen zijn: stokjesfiguren gaan de horror vacui te lijf. Het is rond die fase dat we even de doeken verlaten en 'de making of' kunnen volgen. Picasso zit in zijn blote bast als een verlekkerde Gollem te zweten. Clouzot wordt zenuwachtig – de frames raken op – en machomannetje Picasso gaat de uitdaging grijnzend aan. 'Ik moet de boel nog inkleuren!' '30 seconden!' 'Ca va ca va!'. Als de stift-achtige schilderijen saai dreigen te worden stelt Picasso voor om op zijn gebruikelijke olieverf over te schakelen. Dat verandert het beeld (weg is het vloeiende) maar het komt de kwaliteit van de resultaten duidelijk ten goede.

Sawdust and Tinsel
Zomaar even tien van Bergmans allerbeste minuten. De openingsscènes vormen een perfecte kortfilm, mét cirkel en de allure van een Canterbury Tale. We schommelen mee op de paardenkar van een verlept circusje. De man op de bok kweelt Jandekiaans de morgen tegemoet, en de besnorde directeur ontwaakt in de camper naast een jonge schone dame. Hij voegt zich naast de berijder. 'Dit is het plaatsje waar de boel gruwelijk misging met de clown'. Een flashback glijdt van de modder naar een warme zomerdag. Lummelende soldaten houden een schietoefening, en de vrouw van de clown paradeert. Van het een komt het ander en even later rent er iemand naar het circus om de clown te waarschuwen. 'Je vrouw baadt naakt met het hele regiment!'. Pipo, met de kop van Maarten van Roozendaal, spoedt zich naar het spektakel. Wat er dan gebeurt zal ik niet helemaal vertellen, maar de Passie is er niets bij. Woordeloos en muziekloos in beeld gebracht. Enkel de oude opname kraakt. De flashback is natuurlijk een voorteken. Zelfde stad, zelfde vrouwen, zelfde perikelen. En nu is de circusdirecteur zélf de klos. Anderhalf uur Bergman zoals we hem kennen. Iedere grote Europese regisseur is intellectueel verplicht een keer iets met een circus doen. Dat de Zweed weer compromisloos is, zal niemand verbazen. Ander vrij en fraai moment: het circus op bezoek bij een theaterrepetitie. De ene vorm van escapisme botst op de ander gegoten in de vorm van een derde.

The Killer Is Loose
Boven je stand trouwen. Je hebt een veel te mooie vrouw, of je bent een veel te domme echtgenote. (Het gaat dus altijd om de vrouw...) Een interessante kwestie voor een noir, van western expert Boetticher nota bene! The Killer Is Loose is nogal rommelig, maar juist als de kijker 'in de grijstinten' meedenkt wordt het boeiend. Wie hier de schurk is blijft bijvoorbeeld best ambigu. Een sukkelige bebrilde bank clerk wordt herkend door een klant. Ze waren collega's in het leger, en dat laat het alfamannetje de sukkel – 'we used to call you 'foggy', remember' – maar al te graag weten. Even later wordt de bank overvallen en betoont juist Foggy zich een held. Het is een truc, want hij blijkt 'part of the heist'. Thuis wacht een mooie vrouw op 'm, voor wie hij alles doet. Lang kan hij niet van haar genieten... De schuldige is een politie-agent, zelf ook in het bezit van een 'fraai exemplaar', een veeleisende trophy wife. Beide mannen proberen zich een hele film lang te bewijzen. (Terwijl de vrouw van de agent voor rotte vis wordt uitgemaakt door een mede-echtgenote die haar niet onderdanig genoeg vindt.) De agenten-rollen zijn net even te sensationeel aangezet, maar het einde mag er zijn. Een echte Psycho-wending, inclusief drag queen-taferelen. Alle grenzen verdwijnen. Wie heeft de touwtjes (kousjes!) nú in handen?

Ludo, Monday, 12 May 2014 06:54 (nine years ago) link

Searching for Sugar Man director Malik Bendjelloul dies aged 36 (ze gain bij bosjes deze week, na André Popp en H.R. Giger)

Martijn Busink, Wednesday, 14 May 2014 07:53 (nine years ago) link

Fear Strikes Out
Honkbal is een mentaal spelletje. Al dat wachten. Keer op de keer de kans om na te denken en de directe tegenstander in de ogen te staren. De druk wordt van buiten én binnen opgevoerd. Een honkbalfilm combineren met een psychologisch drama is zodoende geen 'gek' idee. Fear Strikes Out is één van de eerste films van 'tall and slender' Anthony Perkins. Een honkbal-fysiek heeft hij niet, maar hij tekent hier wel alvast in op die Psycho-casting. Mannen verdwaalt in hun hoofd, dat gaat 'm erg goed af. Op de soundtrack zet Elmer Bernstein de puntjes op de i. (Ik zeg niet dat ik Bernstein in het intro al herkende, maar je hoort wel meteen méér dan gebruikelijke kwaliteit.) Zoals het een Hollywood-film betaamt krijgen we een duidelijke verklaring voor de gekte. Er is een losse flodder over moeder 'always away', 'always gabbing', noem het de 'nature'. De film gaat echter om de 'nurture'. Karl Malden is op z'n Jack Nicholsons (of Milosevics) bezeten als de pa die wil dat 'wé' slagen in het honkbal. De film hamert zo consequent en rücksichtslos op zijn veeleisendheid dat de breakdown volkomen begrijpelijk is. Ook de episodes in het ziekenhuis zijn geloofwaardig. De 'psy' mag dan de bekende pijp roken, hij vermijdt iedere sentimentaliteit, en laat pa en zoon hun eigen gevecht voeren. De dokter schept slechts het kader dat dit kán gebeuren.

The Criminal Life of Archibaldo de la Cruz
Achteloos pervers. Als er iets was dat Buñuel zo uit zijn mouw schudde waren het subtiele subversiteiten. Liefst gericht tegen de katholieken natuurlijk, wat er hier toch ineens weer met een met een arm nonnetje gebeurt! En ja, dat is erg grappig. Archibaldo heeft voor zijn criminele leven de beste license to (k)ill gekregen die er maar bestaat. Zijn fantasie. (Merk op dat je hetzelfde over Buñuel kan zeggen.) “Crimineel” Archibaldo groeit op als verwend nest ten tijde van proletarische revoluties. De proletarische geest eist wel slachtoffers, maar juist precies de bediende. (Ik moet nu nog grinninken) Het geeft de jonge Archibaldo kans een netkousje of twee te bewonderen. Jaren later is hij nog altijd rijk en verwend, en heeft hij maar één wens. 'Heilige of crimineel worden.' Geen van beide wil in de loop van de film echt lukken, maar wellicht komt het omdat hij zijn werkterrein tot dames beperkt. De allerbeste sequentie is net zo surreel en sadomasochistisch als een werk van Man Ray; denk aan dat Romeinse beeld in bondage. Archibaldo vindt een modepop van een mannequin. Hij haalt zowel pop als 'echt' exemplaar in huis. En dan begint het kleding verwisselen. Stiekem heeft de pop de voorkeur van Archibaldo. Die is tenminste als kalt gestellt. Niettemin zullen beide 'verwarmd' moeten worden...

Édouard et Caroline
Als je een film kan maken waarin twee gangsters voor het slapen keuvelend hun tanden poetsen heb je klasse. Het onderwerp in de films van Jacques Becker doet er ook niet zoveel toe. Édouard et Caroline gaat bijvoorbeeld grotendeels over een verdwenen giletje. Het ding moet worden teruggevonden want het tweetal uit de titel moet naar een belangrijk feestje. Even later ligt hun huiskamer én hun relatie overhoop. Édouard is een working class pianist die doet alsof hij zijn vrouw wel aan kan. (En dat dure feestje waar hij gaat optreden ook.) Caroline is een onwaarschijnlijke schoonheid, die niet voor niets af en toe prinses wordt genoemd. Ze is ver onder haar stand getrouwd, maar met behulp van wat oompjes zou hierin toch verandering moeten kunnen komen. De pianist moet een succes worden! Becker's sympathie ligt duidelijk bij de arbeidersklasse, maar de gortdroge ironie is gelijkelijk verdeeld. Het is de eindeloze parade aan bijzonder grappige bijrollen die de film geweldig maakt. Een lelijk buurvrouwtje met haar gigantische soldatenzoon, een Jeroen Willems-achtige oom die met meer air dan inhoud de soiree organiseert. En zelfs voor een klassieke Russische bediende is tijd. Een kwade oom: je hebt verdilleme een snor! De Rus plukt 'r verschrikt aan. De kokette adellijke dames schmieren er intussen op los. De Nieuwe Rijke (een Amerikaan die op Rod Steiger lijkt) kijkt met een spottende glimlach toe. 'Ja ik ben een cuckold' meldt hij opgewekt.

Ludo, Thursday, 15 May 2014 06:53 (nine years ago) link

The Ballad of Narayama
'If you can't chew it just swallow it'. Het gaat over een oude vrouw en een kopje rijst, maar eigenlijk zou je het ook over het leven kunnen zeggen. We hebben het hier ten slotte over een echte fabel. Een fifties-film over sterven zoals alleen de Japanners dat kunnen. Wie zich het plotse tranentrekkend mooie einde uit Scabbard Samurai herinnert kan zijn wangen hier helemaal nat maken. Het is eigenlijk anderhalf uur lang afscheid nemen. Gezongen en wel. De voice-over vocalen gaan van N-o-o-o-o-h, Jandekiaans authentiek jankend. Ik vond het prachtig. De studio-decors benadrukken de toneelmatige stilering van het sprookje. Decors die als oude prenten worden 'omgeslagen', veel felle kleuren. The Wizard of Oz, maar dan anders. Wie in een Japans dorpje zeventig wordt moet naar Narayama reizen. De berg zien en dan sterven. Een omaatje is nog kwiek van geest en lijve, maar – typisch Japans – ze schaamt zich daar enorm voor. Ze neemt haar natuurlijke plaats niet meer in. 'Mensen beginnen me raar aan te kijken omdat ik mijn tanden nog heb'. Haar zoon praat haar moed in, maar het is vergeefs. De dame helpt het lot het handje. Tot groot genoegen van het jonge kroost (oprotten jij!). Een ander oud opaatje verzet zich juist. Al even vergeefs. Het laatste half uur strompelt zoon met moeder op zijn rug richting de berg. 'Zeg dan wat mama!'. Samen alleen. Goodbye Solo.

Tire au Flanc
Een vroege film van Renoir. Zo vroeg dat ie 'stom' is. Laten we het dus eerst maar 'ns over de muziek hebben. Marco Perrone speelt de soundtrack van de eerste tot de laatste noot in op de diatonische accordeon. Perrone kan 'm op gepaste momenten laten zuchten, steunen en rommelen. Erg stoer gedaan. In gewonemensen-taal heet zo'n ding een 'trekzak', en zie nou, de Engelse titel is 'The Sad Sack', De burleske komedie gaat over een stelletje militaire nietsnutten. Zoals de tussentitels melden: 'tot we iets beters weten te verzinnen zullen we wel burgers moeten rekruteren...'. De tussentitels zijn handgeschreven en gaan vergezeld van cartooneske priegel-dingetjes. Een schattig detail. De film heeft verder het niveau en de stunts van Harry Langdon. Nét geen Charlie Chaplin dus, al is de invloed wel overduidelijk. Het zwervertje mag hier dan de poëet worden genoemd, hij slapstickt er verder even sullig op los. Het plotje heeft iets van doen met twee dametjes en de concurrentiestrijd met een hoge pief, maar eigenlijk wordt het verhaaltje pas leuk als de chaos onnavolgbaar is. Jean Viggo himself ging hier de inspiratie zoeken voor het beroemde kussengevecht uit Zero de Conduite. Zo kan ook een onbelangrijke zak het zaadje voor een klassieker planten.

Lured
Voor hij in volvette kleuren zijn eigen stijl vond, maakte de Duitser Douglas Sirk deze noir. In Amerika, maar door de Londense (studio)setting, voelt het toch nog behoorlijk Europees aan. Komt ook door de overduidelijke Hitchcock-invloed, met deelfde kinky Frenzy-ondertonen. De 'personal columns' waren het internet van hun tijd. Iedere fetisj zijn eigen hoekje. Lucille Bal (niet voor de poes!) duikt erin, als 'lokvrouw' voor een seriemoordenaar met Zodiac-aspiraties. De 'heavy-set' police detective hoeft niet eens aan te dringen. Ook de rest van het bureau is helemaal op Ball verkikkerd... Ball houdt de wapens wel in handen, ze heeft ervaring genoeg als animeermeisje. 'Het is fijn om eens een orkest te kunnen beluisteren, in plaats van erop te moeten dansen'. Hoe hoger de echelons van de samenleving, hoe dubieuzer de bangabanga-feestjes. Tijdens de queeste ontmoet Ball naast vieze mannetjes (Karloff!) ook dubieuze gladjakker George Sanders. Daar valt ze dan ineens wél voor. De kijker denkt 1+1=2, maar zo cynisch durft de film nét niet te zijn. Nee, je kunt de slechte kerels al van een afstandje herkennen. Ze zijn lelijk, en ze houden van zoiets bespottelijks als poëzie. 'Een echte man heeft geen gedichten nodig, want die heeft aan de glimlachjes die vrouwen hem toewerpen genoeg.' Au.

Hollywood or Bust
'I get it, it's like a joke.' Wat een verschrikking. Ik kijk nog liever het hele oeuvre van Steve Martin twee keer. Achter elkaar. Dean Martin en Jeffrey Lewis vormden ooit een geliefd komisch duo, maar hun grollen zijn gênant verouderd. Truffaut vond het eind jaren '50 nota bene totáál niet vulgair... De titel en het intro doen een persiflage op Hollywood (en Hollywoods voorliefde voor rondborstigheid) vermoeden. Anita Ekberg poseert, en een aankondiger draagt de film op aan alle bios-fans ter wereld. Sommige hebben wijselijk geen aandacht voor het doek. 'This is the French movie fan, he hasn't seen in a film in years'. Martin & Lewis winnen een auto, waarna ze Lewis grote droom waar kunnen maken. In Hollywood Ekberg ontmoeten. 'And I'll see her in her undies, and she will see me in mine.' Lewis schmiert er met Bugs Bunny-stemmetje oenig op los Zelfs zijn kalende kruin ging me ergeren. (Heden ten dage heeft ie nog altijd een volle bos, Hollywood magic...) Op hun Lampoon's Vacation kart het duo langs het vrouwenoverschot van het Amerikaanse platteland, allen in Playboy-kledij. De enige vrouw die weerwerk biedt wordt door Martin aangerand. Beste grap: op een filmset houdt de ene cowboy de ander onder schot. 'You better start praying for a miracle now.' En 'VOILA!'. ('As the French say...')

Ludo, Monday, 19 May 2014 06:52 (nine years ago) link

Gothic
White Of The Eye
Twee keer 80s, Russell is in Gothic niet echt lekker bezig, of misschien heb ik niet genoeg met Byron en Shelley. Thomas Dolby's soundtrack heeft de afgelopen 30 jaar niet goed doorstaan, maar vooruit, wel mooie plaatjes. Nick Mason (van Pink Floyd toch?) deed de muziek voor White Of The Eye en die kan er nog prima mee door (dank u, Oneohtrix Point Never). Belangrijker, de film is uitstekend. Bijzonder, sfeervol, mooi geschoten, en past prima in het rijtje van bijvoorbeeld The Hitcher, Halloween III en Near Dark.

Martijn Busink, Wednesday, 21 May 2014 21:37 (nine years ago) link

You Can't Take It With You
'I feel so good, life is running around inside of me like a squirrel!' Capra op zijn allervrolijkst in deze anti-kapitalistische komedie. Nou ja, anti-kapitalistisch... Opaatje heeft niks met 'ism's'. 'Communism, fascism'. Het blijft even stil. 'Voodooism.' De doe-het-zelver is een een model-Amerikaan. Godsvruchtig en belastingontwijkend. De overheid... 'Ik wil ze wel 75 dollar geven, maar meer moet het écht niet worden.' Het anti-kapitalisme (dat ik erin projecteer natuurlijk) zit vooral in het belachelijk maken van de bankmannetjes. Hysterisch snobs zijn het. Zo is de film – in de goede Capra-traditie – zelf eigenlijk meer van het populisme. De commune van opa was al groot, maar krijgt er in de loop van de film wat leden bij. Een jonge James Stewart doet er als de zoon van een bankmannetje nieuwe ideeën op. Mischa Auer (hij was het die over de eekhoorn begon) is Turturro-achtig grappig als een Russische veelvraat. 'Eindelijk de revolutie!' roept hij enthousiast als de boel definitief ontploft. Tussen de chaos door heeft Stewart een kleindochter proberen te versieren – 'you're so beautiful, sometimes it just gags me' – en met zijn eigen ouders 'afgerekend'. En als Capra bevangen wordt door sentimentalisme is er altijd wel een nieuw danspartijtje met een stel lokale rascals. Totdat de lange arm der wet weer eens roet in het ogen meent te moeten gooien. Voor even dan. Fuck tha police, 1930-stylo. Capratalism.

Les Enfants Terribles
Martin Kaaij schreef laatst een aardig stukje over de vloek van het multi-getalenteerd zijn. 'Een goede violist kan toch nooit óók nog een goede componist zijn!?' Ik snap die schoenmaker-reflex wel. Cocteau is bijvoorbeeld ook zo'n veelzijdig maar irritant talent. Schrijver, filmmaker, scenarist, en in dit geval ook nog 'voorlezer'. (Van zijn eigen wat protserige teksten.) In samenwerking met regisseur Melville bewerkte Cocteau een van zijn beroemdste (en volgens Truffaut beste) romans. Ze weten het zelf ook. Iets te overtuigt van de eigen genialiteit. Het resultaat is een soort Shakespeare met kinderen. Een goed gelijkende broer en een zus leven in hun eigen wereldje. Buiten is het gevaarlijk, buiten wordt gevochten. Broer wordt getroffen door een sneeuwbal, gaat van zijn stokje, en belandt in bed. Daar is zusje al. De twee dralen een film lang semi-incesteus om elkaar heen. De sfeer is zweterig en beklemmend. Cocteau komt een paar keer treffend uit de hoek: als de broer naar bed gaat, gaat hij niet gewoon slapen, nee 'hij balsemt zichzelf, met zijn favoriete voorwerpen naast zich, alsof hij een reis naar de onderwereld gaat maken.' De buitenwereld wordt ongemakkelijk en matig geacteerd vertegenwoordigd door twee wat normalere tieners. Het viertal houdt elkaar in de houdgreep. Iedereen doet een jasje uit in deze dé-jeuner.

Crazed Fruit
Soms is het héél duidelijk waarom Truffaut een bepaalde film goed vond. Crazed Fruit begint en eindigt met dezelfde woest ongedurige bevroren blik als Les Quatre Cents Coups enkele jaren later. De richtingloze rebellie van de jeugd is van alle tijden en alle landen. Ook in de Japanse fifties al. We volgen een paar net-wel en net-niet volwassenen die een zomer met elkaar doorbrengen. Ze varen in dure zeilbootjes en lummelen in vakantiehuisjes. Ouders uit beeld, dus er wordt flink geschranst, gezopen en geneukt. Regisseur Nakahira brengt het allemaal in beeld met de hotseknotsende scheefheid die bij de tijd hoorde. In een van de liefste scenes filmt hij tijdens een potje sex on the beach slechts de benen. Benen die lijken te zuchten. Lief is de film verder nergens. Twee broers (één cool, één loser) vechten om een meisje. Het meisje vindt de passie bij de coole en de genegenheid bij de tweede, maar heeft niet verteld dat ze al getrouwd is. Met een Amerikaan. Zo is het net alsof Marlon Brando elke minuut op kan duiken, in eender welke rol. Het 'Yankee go home'-gehalte onder de jongeren is groot, terwijl één van hen tegelijkertijd een soldatenkindje is. Nakahira dropt fanatiek bommetjes, maar mist daarbij wel een open doel-kans op een Knife on the Water-momentje. Het drietal belandt hier echter niet samen op een boot. Wel ernaast.

Ludo, Thursday, 22 May 2014 06:54 (nine years ago) link

Gothic, ja, daar was ik destijds wel van gecharmeerd. Je hebt trouwens ook een Spaanse film over hetzelfde thema, Remando al viento met, je raadt het nooit, Hugh Grant (pre-stotterende-grijns-fase) in verbeten Byron-rol.

Les Enfants Terribles, kan ik geen pijl op trekken op deze manier (kan verrassend goed zijn, of vermoeiend irritant, plak even hier die Fry-uit-Futurama-"not sure if..." meme)

OMC, Thursday, 22 May 2014 09:07 (nine years ago) link

http://www.stoerejongenzzz.nl/wp-content/uploads/stoerejongenspijlenboog.jpg
ik schoot met objektivismus pijlen daaro

vond 'm niet zo. drie op vijf sterren filmpje, zoals zovelen. beetje bed-wet(t)erig/betweterig

Ludo, Thursday, 22 May 2014 11:10 (nine years ago) link

Kurenai no buta
Ook wel bekend als Porco Rosso. Een Miyazaki die nog op de lijst stond. Vliegend (macho) varken? Kan dat wat zijn? "Beter een varken dan een fascist" zegt de hoofdpersoon al. Wat een verrassing, een van zijn beste films. De man weet Italië in de jaren '30 echt prachtig vorm te geven. Een verhaal over luchtpiraten aan de Adriatische Zee, kan niet werken, maar het is vanaf het begin zo grappig, het licht weer zo subliem en tussendoor ook nog eens een mega-feministisch "wat nou vrouwen weten niks van techniek" manifest. En het einde...zo melancholisch. Meesterwerk.

OMC, Friday, 23 May 2014 19:38 (nine years ago) link

^ oeh, benieuwd. ik vergeet altijd dat zijn oeuvre stiekem best groot is. :)

The Naked Dawn
Wat 'ze' ook nog eens moeten doen: een Nederlandse western maken. Dat zou dan een 'watern' zijn. Denk zeventiende eeuw, lange landerige dagen op de trekvaart. Slagregens, modderstromen, corrupte sluiseigenaars. Budget heb je er volgens mij ook niet voor nodig. Ergens een leeg stukje land in Groningen vinden en je bent klaar om te gaan. De taal van de western is sowieso universeel, of America is a way of life geworden natuurlijk. In elk geval heeft de oude Moraviër Ulmer in The Naked Dawn geen enkele moeite om een authentiek gevoel op te roepen. Zo authentiek dat na een kwartier een auto als een totale verrassing aan komt karren. Het was dus niet eens 1860... Een paar kerels overvallen een trein, maar alleen de meest cynische van hen overleeft. Treuren is hij allang verleerd. Ergens op het platteland komt hij een indiaan tegen – met het uiterlijk van Sean en de manie van Chris Penn – die met zijn verse vrouwtje een plattelandsidylle probeert te creëren. De bandido steekt daar haast ongewild een stokje voor. Hij lijkt aanvankelijk oprecht de naïveteit van de jonge indiaan te bewonderen, en diens vrouw nog ietsje meer. Zij stort haar hart uit: 'I didn't want to tell you all this, but some things tell themselves.' Na het fraaie eerste kwart wordt de film minder teder en minder goed. De bandido neemt de indiaan mee naar de geneugten en gevaren van de grote stad. Grove lessen in grove tinten geschetst.

5 Fingers
Mankiewicz maakte slimme films, maar je wordt als kijker nooit 'outsmarted'. En dat is toch jammer. Het neigt te vaak naar degelijkheid. Juist in een 'spy film' moet de kijker in verwarring worden gebracht. Dat de personages zelf misschien nog nét weten wat er gaande is, maar de kijker in het mysterie verdwaalt. Pas dan wordt het Graham Greenesk. Nu is het resultaat just a poor man's Notorious. (Dat Truffaut de film noemt is met die vergelijking wel weer verklaart.) James Mason is zoals altijd aangenaam, hier als een 'valet' op de Britse ambassade te Ankara in de jaren '40. Wat is er Britser dan een butler? Keeping up appearances, 'als er iets is dat de Britten me geleerd hebben...' (Hij is van Albanese origine.) We zitten midden in de Tweede Wereldoorlog in het 'neutrale' Turkije. Een plek dus waar alle 'axes' elkaar kruisen. We treffen er ook nog restjes Oude Wereld. Poolse gravinnen en welhaast betrouwbare Pruisische ijzervreters. (De avonturen van de Rode Prins, zeg maar, het geweldige boek van Snyder.) De geldgeile Butler Mason klust intussen wat bij door informatie aan de Duitsers door te verkopen. 5 Fingers is een fysieke film. Het gaat om de nauwgezette (waargebeurde) handelingen, niet om de personages. Zelfs iets simpels als het tellen van het geld (en er wordt véél geld gevingerd) begint gaandeweg op te vallen. De kijker kan ook tellen en ziet het plot/slot-sommetje dan wel aankomen.

To Be or Not to Be
'We do the concentrating, the Poles do the camping.' Een Hollywood komedie over nazi's. Uit 1942. En nog geregisseerd door de Duitser Lubitsch ook... Mel Brooks en de verkleedpartijtjes van Inglourious Basterds kwamen ergens vandaan. De dingen waar ze hier grappen over durven maken. 'So they call you Concentration Camp Eyerhard, hahaha'. Een Pools toneelgezelschap is in augustus 1939 een stuk aan het oefenen dat 'Gestapo' heet. (The Producers is er niks bij.) Ze hebben de nazi-uniforms dus al in huis, en die komen goed van pas als de Duitsers wat later wérkelijk de boel komen bezetten. Het team theatermakers begint aan een onnavolgbaar dubbelspel, waarin ook overspel nog een rolletje in speelt. Een Poolse vlieger raakt verkikkerd op de ster van de show, en zij verlekkerd op hem. Beide praten in innuendo's terwijl de ijdele echtgenoot (tevens 'the great great actor Joseph Tura') een en ander begint te vermoeden. Hoewel de humor soms wat belegen is – Hitler als kaasje – zijn er ook zóveel donkerbruin sardonische momenten dat je wel respect voor de film moet hebben. Twee 'nagenoeg' identieke mannen in een kamertje stellen de domme nazi's voor een raadseltje. Er zal aan de baard moeten worden geplukt om dit op te lossen. To Be or Not to Be is dermate schizofreen dat het wel de film had kunnen zijn die de nazi's zélf hadden gemaakt. In 1992, als ze de oorlog allang hadden gewonnen en er met enige zelfspot op terugkeken.

La Marseillaise
Op de dag dat het Front National electoraal uithaalde keek ik toevallig ook maar een nationalistisch lesje... Er was ooit een Franse minister die zei 'ah maandagochtend 9 uur, al onze kinderen trekken nu over de Alpen', refererend aan het strakke, klassikale onderwijs. Jammer dat ik de titel van hun nationale geschiedenisboek ben vergeten... Ik had het er hier best kunnen gebruiken, want Renoir verbeeldt de eerste jaren van de Franse Revolutie zonder concessies. Truffaut sprak over 'journaalbeelden', en al is dat wat overdreven, we zitten zeker dicht op de huid van de strijdende klassen. Vreemd ding natuurlijk, die Franse Revolutie. Onvermijdelijk – de macht in handen van zo'n klein groepje is ongezond – maar daarna zo jammerlijk overschaduwd door de bloedbaden. Die zien we niet, terwijl de karren met lijken toch hét beeld van de revolutie zijn. Renoir houdt het in de stijl van Goethe optimistisch. Van de – hmm – karrevracht aan personages blijven er twee bij. Er is een vrolijk Depardieu-esk kereltje met Wicky de Viking-staartjes. Hij stuitert enthousiast de hele film door, zingend en iedereen kussend. In schril contrast daarmee staat de Koning. Uitgeput en ongeïnteresseerd (behalve in eten). Bijna net zo verdwaasd als Khadaffi's einde. Ik vraag me af wat het zegt dat ik de aristocratische passages (die eigenlijk over 'niets' gaan) het leukst vind. Bij het plebs wordt vooral saai geschreeuwd... Zo onesthetisch.

Ludo, Monday, 26 May 2014 06:53 (nine years ago) link

La Marseillaise bevat een paar zeer knappe scènes, bijvoorbeeld de lange take die tijdens een massascène boven in een boom begint en langzaam afdaalt terwijl iedereen voor het eerst uit volle borst het Franse volkslied zingt. Het is interessant om in de film te zien hoe dat lied is ontstaan en zich ontwikkelt. Het meeste acteerwerk is tamelijk verschrikkelijk. Veel geschreeuw inderdaad en nog meer overdreven dictie. Zo’n lange scène in de Club Des Amis De La Constitution is dan een zware dobber. Niet mijn favoriete Renoir.

Van Renoir zag ik zelf onlangs later werk zoals het in India gedraaide The River (zijn eerste kleurenfilm die ik een tweede keer moet zien om ‘m nog meer te kunnen waarderen) en The Diary Of A Chambermaid (dat kluchtig begint maar halverwege in ernstig drama verandert).

Vido Liber, Monday, 26 May 2014 07:37 (nine years ago) link

Possession
Deze mensen hebben hulp nodig … vrij snel na aanvang is het behoorlijk hysterisch allemaal en toch niet vervelend vervelend. Niet dat ik er veel van begrijp maar het beklijft wel. Na wat bonusmateriaal weet je dat het vooral politiek is en geen Von Trierige 'psyche van de vrouw'. Over bonusmateriaal gesproken, bizar hoe 'wij' die zo graag censuur veroordelen blijkbaar geen probleem zien in het maltraîteren van een film om commerciële redenen. Maar wat een film en wat een performance van Adjani.

Martijn Busink, Monday, 26 May 2014 08:52 (nine years ago) link

Adjani is in die film totaal losgeslagen. Echt legendarisch acteerwerk. Verbaast me trouwens van die politieke betekenis, heb het altijd gezien als een hardcore Euro Kramer vs Kramer met toegevoegde Cronenberg.

OMC, Monday, 26 May 2014 08:59 (nine years ago) link

Deze mensen hebben hulp nodig

LOL. (moet 'm nog zien)

dank voor de duiding Vido. :)

Ludo, Monday, 26 May 2014 09:08 (nine years ago) link

Het speelt in Berlijn en De Muur is vrij prominent in beeld. Het is ook een beetje een 'zone' waarin het zich afspeelt. En natuurlijk werkt het op verschillende niveaus, maar in de interviews bleek het thema vooral 'scheidingen' in de taal van een horrorfilm, met de die van Berlijn als een hele duidelijke. Donkere en lichte versies van de personages deden me ook nog wel meer psychologische scheidingen vermoeden. Wat symbool staat voor wat is minder helder. Vroeg me nog af of de Turkse graffiti nog een bewuste keuze was (er stond "ontdoe je, moordenaar", beetje lastig vertalen maar misschien was de zin ook niet compleet).

Wel zo eentje om nog eens te kijken, want ik herinnerde me wel iets over roze sokken tegen de tijd dat ze opdoken maar dan weer niet precies wat ook alweer. :)

Martijn Busink, Monday, 26 May 2014 10:01 (nine years ago) link

De invloed van Adjani’s legendarisch acteerwerk ben ik daarna alleen nog tegengekomen in Japanse films. Check bijvoorbeeld de cyberpunkfilm √964 Pinocchio (Shozin Fukui, 1992), onder meer in zijn geheel is te zien op YouTube, en dan vooral de scène vanaf ongeveer 37:00 waarin een jonge actrice volledig flipt tussen nietsvermoedende passanten in de metro van Tokio.

Vido Liber, Monday, 26 May 2014 14:07 (nine years ago) link

Kotoko! (ok da's vooral Von Trier-style wellicht)

Ludo, Monday, 26 May 2014 19:21 (nine years ago) link

Baby Doll
Sappiger en smeuïger dan de beste 'pot liquor' is dit misschien wel mijn favoriete Tennessee Williams-verfilming. Wat Baby Doll zo geslaagd maakt is de Italiaanse komische touch. Geen Divorce Italian Style, maar een Consummation Bayou Style. En dat is stiekem toch bijna hetzelfde! Karl Malden is de cuckold van dienst als de lelijke katoenboer die een wel héél jong ding (Carroll Baker) heeft opgescharreld. Getweeën zitten ze in een groot en leeg huis, want de katoenboer is passé. Zelfs de allochtonen respecteren 'm niet meer. No more cotton to gin, enkel nog gin om te zuipen, duimen om te zuigen en levens om uit te wringen. Na een half uurtje komt de veelbesproken succesvolle concurrent zich melden. Hij is de wáre Italiaan. Verguisd door alle zuidelijke burgers, buren en buitenlui begint hij aan het projectje Baby Doll. Nooit speelde Elli Wallach een betere rol, en het was nota bene zijn debuut! (Dat pleit ook zéér voor regisseur Kazan.) Verlekkerd maar gedistingeerd schuifelt Wallach oneliner na oneliner richting maagd. Tot hij bij haar in de wieg ligt. Letterlijk. Veel broeieriger krijg je ze niet. Tegelijkertijd houdt de film lange tijd iets lichts. Pas als de uitgebreide hofmaking is voltooid komen we op bekender Amerikaans terrein. Who's Afraid of Virginia Woolf among the white trash. Echte wapens in plaats van gewapende complimentjes. Wil er trouwens iemand een band oprichten die Aunt Rose Comfort heet?

Europe '51
Natuurlijk gaat daar meteen een haast onitaliaanse depressie eroverheen. Rossellini, ik denk altijd dat ik al een hoop films van 'm gezien heb, maar het zijn er weinig tot... één. (Roma Citta Aperta.) Rosselini bewijst hier (weer?) zijn gevoel voor de onderklasse, zonder met een vingertje te gaan zwaaien. Hij registreert, nee dénkt in beelden, en vindt in het Italie van net na de Tweede Wereldoorlog eigenlijk de situaties die Zola een eeuw eerder in de mijnen aantrof. Armoede zal wel altijd hetzelfde zijn. Sloppen, overbewoning, drankzucht en een onwaarschijnlijke promiscuïteit. Het allermooiste personage is een sappelend huisvrouwtje dat ergens in de 'projects' van kinderen haar beroep heeft gemaakt. 'Je weet hoe dat gaat.' Baan en kinderen laat ze voor een nieuwe vlam ook zo weer een tijdje in de steek. (Maar niet nadat ze d'r favoriete bambino een dikke kus op z'n bips heeft gegeven.) Hoofdpersonage Ingrid Bergman komt het als een soort Lady Di bekijken. Het is een dappere rol van Bergman, ver buiten haar comfort zone. De film begint nog klassiek Frans met rijkelui en een moeder-zoon drama, maar daarna trekt Rossellini het riool open. Bergman transformeert van Lady Di in een soort Moeder Theresa. De film wordt onnavolgbaar religieus en maatschappijkritisch. Zeker interessant, maar gaandeweg toch ook wel wat ondoordringbaar.

Paris Nous Appartient
Als die gestoorde Duitse woudloper die aan de Europese verkiezingen meedeed tijdens zijn 'IQ-onderzoekingen' in de universiteitsbibliotheek een obessesionele liefde voor de nouvelle vague had opgevat, was ie vast de grootste fan van deze film geworden. (En had hij een vervolg gepend.) Wat een quatsch. En nog saai ook. Rivette is de enige regisseur die mijn ogen letterlijk dicht doet vallen. Vanzelfsprekend zijn de filmbijbeltjes juist zeer te spreken over de film. Opvallend is dat ze daarbij vooral ruim aandacht besteden aan het Metropolis-citaatje. Zo kan ik het ook. Is het zo gek dat een paar van de krachtigste beelden uit een klassieker indruk maken, als je ze omlijst met pretentieus geblablabla. Een meevaller is dat Rivette het hier bij één raar meisje houdt. Het kind komt een groot complot op het spoor, of beter, wordt ertoe aangezet dat te denken. The powers that be bekommeren zich blijkbaar om haar studentenvriendjes. Binnenshuis heeft het soms nog wat Voskuijliaans, maar het wordt al snel mal en vervelend. Tot overmaat van ramp oefent men tussendoor Pericles van Shakespeare. En stuk waarvan de acteurs zelf toegeven dat het 'kant noch wal raakt'. Zo spiegelt alles Alles, dus zichzelf. En dan kun je dus gaan beweren dat je naar de 'birth of cinema' kijkt, maar je kunt ook gewoon een tukje doen, terwijl er een muis wordt gebaard.

Ludo, Thursday, 29 May 2014 06:56 (nine years ago) link

>>Rossellini, ik denk altijd dat ik al een hoop films van 'm gezien heb

Stromboli, Stromboli!

Terzijde: waarom is iedereen zo godvergeten enthousiast over "Starred up"? Aardige film hoor.

Olaf K., Friday, 30 May 2014 10:47 (nine years ago) link

Step Brothers
Flauwe grappen, bij vlagen toch net leuk genoeg om te boeien.

Hundstage
Soms echt pijnlijk om aan te zien. Wat een volk, vreemde sfeer. Die Griekse film (Dogtooth) van laatst probeerde dit volgens mij ook maar faalde, dit is wél boeiend. En nog niet eens de beste Seidl, naar verluidt. Weet alleen niet wat 'beter' inhoudt in dit verband. :)

Black Mirror: The Waldo Moment
Dit was dan weer de beste aflevering van de tweede serie en al een stuk minder dan de eerste, dus hier moeten we het maar bij laten qua Black Mirror.

Caníbal
Een kleermaker eet mooie vrouwen op, maar dan wordt ie verliefd … erg mooi gestileerd en understated drama over lust en liefde.

Ağıt (Elegy)
Moeilijke, het heeft wat van een western. Het is voor de Turkse filmgeschiedenis vast een film van belang, politiek gezien ook relevant wellicht, maar voor een Nederlander toch maar moeilijk in te komen, zelfs al heb je wel het idee dat de gendarme voor de westers georiënteerde regering staat en herders (Çobanoğlu, Çoban ağa) voor het platteland, In de communistisch aandoende hymne zongen ze dan nog dat ze Koerden waren wat dan weer niet ondertiteld werd … maar toch allemaal niet iets te ver van m'n bed.

Martijn Busink, Friday, 30 May 2014 12:41 (nine years ago) link

Последната линейка на София
We rijden mee met Plamen, Mila en Krassi, in een van de 13 ambulances van de hoofdstad van Bulgarije. Dat wegdek kan ik me nog wel herinneren. Hard werken die de medewerkers met enig cynisme dragelijk maken. Zeer fly-on-the-wall, je krijgt zelfs bar weinig van de omgeving, laat staan van de patiënten en hun naasten, te zien.

D@bbe
Met afstand de beste Turkse horrorfilm die ik heb gezien. Soms daadwerkelijk spooky en dat ondanks crappy rip en stuntelende ondertiteling.

Martijn Busink, Saturday, 31 May 2014 00:58 (nine years ago) link

Stromboli, Stromboli!

och ja, ook nooit gezien. (ik zou 'm in een filmquiz zo met iets circus-igs van Fellini verwarren)

En nog niet eens de beste Seidl, naar verluidt. Weet alleen niet wat 'beter' inhoudt in dit verband. :)

ah you're in for a treat. ;) (Import/Export!)

Ludo, Saturday, 31 May 2014 06:49 (nine years ago) link

Melancholie der Engel (Marian Dora, 2009)
Dit is volgens mij de allereerste keer dat ik een hele slechte film heb gezien - ik weet dat het slecht is, heb het immers met eigen ogen gezien en mijn in de jaren ontwikkelde smaakopvatting bevestigt dit- waarbij de nawerking mij doet twijfelen of het allemaal wel zo slecht was.
Het acteerwerk is abominabel, dialogen tenenkrommend, er licht een dikke laag valse poëzie op dat probeert de verheerlijking van geweld, nihilisme, ontucht, verval en allerlei perversiteiten een betekenis te geven.
Maar de film laat me maar moeilijk los en ik snap niet waarom. Het zijn niet de gruwelijke beelden die nazingen, maar de rust en 'vrede' tussen de wanstaltigheden, een beklemmend gevoel van onontkoombaarheid, dat de dingen gewoon zijn zoals ze zijn, in zichzelf betekenisloos, dat het perceptie alleen is wat de dingen waarde en betekenis geeft.
Het is vooral de muziek die wat de titel al verraad een onontkoombare melancholie aan de film meegeeft. Een gemakkelijk trucje nietwaar, de muziek een film richting laten geven?
Maar het werkt, bij mij in ieder geval wel.

arnout, Saturday, 31 May 2014 09:05 (nine years ago) link

Import/Export ligt klaar. :)

Martijn Busink, Saturday, 31 May 2014 09:10 (nine years ago) link

heh bij Melancholie der Engel tipt IMDB het vast even verheffende Slaughtered Vomit Dolls

Maar de film laat me maar moeilijk los en ik snap niet waarom.

nou ik droom ook altijd maar over oude bekenden die ik liever wil vergeten

Ludo, Saturday, 31 May 2014 10:53 (nine years ago) link

Ik ben nu wel heel erg nieuwsgierig geworden naar Melancholie der Engel. 2 uur en 38 minuten maakt de drempel hoog, maar
de film staat integraal op YouTube dus wat houdt me tegen.

Import/Export inderdaad en natuurlijk Paradies: Liebe. Seidl heeft ook sterke documentaires gemaakt, maar daar ben ik nog niet aan toegekomen. Iemand nog een goede tip om mee te beginnen?

Starred Up weet aan het uitgekauwde genre van de gevangenisfilm beelden en gebeurtenissen toe te voegen die nog nooit eerder heb gezien. Zonder teveel te verklappen heeft dat onder meer te maken met babyolie en een niet alledaagse plek om je tanden in te zetten. De film komt in het eerste kwartier als een stormram binnen, geleid door ongeleid projectiel Jack O'Connell die zich met veel fysiek onverbiddelijk in het centrum van de vertelling plaatst. O'Connell fascineert als protagonist, maar roept de eerste helft van de film voornamelijk antipathie op, een ambivalent gevoel dat op een prettige manier verwart. Daarmee wordt een basis gelegd waarmee de film mij tot aan het eind volledig in zijn grip hield. Dan heb ik nog niet eens over het opvallende camerawerk dat effectief gebruik maakt van het brede beeldformaat. Acteur kunnen tijdens groepsmomenten moeilijk aan het zicht van de camera ontsnappen net zoals ze moeilijk aan de gevangenis en aan het regime en de onderlinge hiërarchie kunnen ontsnappen. Binnen dat brede beeld wordt het oog voor detail niet verloren, zoals een hand die heel kort en toch net even te lang op een knie wordt gelegd. O'Connell krijgt sterk tegenspel van Ben Mendelsohn en zijn medegevangenen. Natuurlijk zijn er ook minpuntjes, zoals Rupert Friend die naast O'Connell een wat fletse indruk maakt en de stereotype casting van Sam Spruell in de rol van corrupte Governor Hayes.

Vido Liber, Saturday, 31 May 2014 11:11 (nine years ago) link

@ Ludo
Haha
Slaughererd vomit dolls is niet vergelijkbaar hoor, maar dit terzijde :)

arnout, Saturday, 31 May 2014 11:17 (nine years ago) link

heh. jammer :P

Seidl heeft ook sterke documentaires gemaakt, maar daar ben ik nog niet aan toegekomen. Iemand nog een goede tip om mee te beginnen?

Models. (ergerniswekkend, maar wel goed, misschien wel Seidls beste openingsscene)

Ludo, Saturday, 31 May 2014 19:41 (nine years ago) link

The Seven Year Itch
Moest aan die Amerikaan denken, die laatst wat mensen had neergeknald 'omdat vrouwen hem jarenlang hadden afgewezen.' Er ontsponnen zich natuurlijk meteen allerlei politiek correcte discussies. Dit keer niet over 'gun culture' of 'rape culture', maar 'movie culture'. Het lag aan al die films waarin de lelijk jongens wél gewoon altijd het mooie meisje krijgen. Blame culture... In het bepaald vrouwonvriendelijke The Seven Year Itch gebeurt het ook al. Een ouwelijk muizig kantoorklerkje is vast van plan om zich in de New Yorkse zomer 'netjes' te gedragen. Alsof hij een kans op iets anders zou hebben... De lucht is zwanger van de 'summer bachelors' die op springen staan. Enter Marilyn Monroe. Dit is dé Monroe-film. Niet omdat ze zo goed op dreef is, maar het opwaaiende zomerjurkje-momentje hè. 'Oh there's comes another!' Overigens eerder al vooraf gegaan door een wat huiselijkere en sensuelere variant, met de airco. Van ge-oh-la-la worden we verder niet Wilder. Wel leuk zijn allerlei meta-aspecten. Er zijn tig verwijzingen naar andere films (From Here To Eternity!) en ook gewoon naar Marilyn Monroe zelve... Onze kantoorklerk werkt bij pulp fiction uitgeverij. Hij denkt in concepten: 'Don't you think it'd be more effective to show a man terrorizing a young girl... sales-wise?'. Had dat media culture artikeltje misschien toch een punt.

Le Testament d'Orphée
Deconstructing Cocteau. Of, nog toepasselijker, Les Plages de Jean. Dit was Cocteau's laatste film, dus een extra goede reden om zichzelf in het zonnetje te zetten. We voegen 'acteur', 'schilder' en 'oudheidkundige' toe aan de lijst skills. En het werkt zowaar behoorlijk Tarkovskyaans. De verwijzingen naar zijn eerdere oeuvre zijn talrijk, maar ook zonder voorkennis is de verwondering aangenaam. Ondanks alle classicistische hocuspocus is Cocteau ten slotte ook een Meliesiaan. Een liefhebber van kleine trucages. De hele film lang speelt hij met omgekeerde opnamen, zodat hij een geknakte bloem weer in elkaar kan puzzelen. Jean the healer. Transcendental meditation can emancipate the man. Af en toe steek je er zelfs wat van op. De mythe van Orpheus (de grote Muzen-man) is 'gewoon' een ode aan de fantasie. Zodra Orpheus omkijkt doorbreekt hij eigenlijk bewust le quatrième mur. En is dat niet dé grote wens van de kunstenaar? De fictie onbevreesd in de ogen kijken. Tussen het planten van dit soort zaadjes door staat Cocteau hier terecht – 'beschuldigd van onschuldigheid' – en ook hij zal moeten gaan. 'Doet u maar alsof u huilt lieve vrienden, want de poëten pretenderen slechts'. Een rookwolkje ontsnapt ziel-ig aan Cocteau's mond. Dode vissenogen staren ons aan. Als Lynch zijn einde voelt naderen moet ie maar eens kijken en emuleren.

Lifeboat
Er kon maar één regisseur de slotaflevering vormen van mijn Truffaut-reeks. Truffauts liefde voor Hitchcock is ook in The Films In My Life weer aandoenlijk. Elke kans om 'm 'the boy director' te noemen wordt aangegrepen. Lifeboat is noch klassieker, noch vroege 'boy' film. Hitch vervult zijn dienstplicht, en zoiets doe je nooit alleen. Lifeboat werd geschreven door John Steinbeck, en zo schudden Truffauts en Ludo's grote helden de hand... Steinbeck brengt het eerste kwartiertje flink wat consciousness naar de oorlogspropaganda. Een groepje passagiers – vrijwel allemaal 'allochtonen' – raakt verzeild op een lifeboat. Ze beslissen 'the American way' wie er kapitein moet worden. Er wordt ook naar de Afro-Amerikaan gekeken: 'Jullie menen toch niet serieus dat ik nu wél mag stemmen?'. Zelfs de Komintern krijgt een namedrop. Verder zien we slimme wérkende vrouwen, lefties die tegen eigenrichting zijn, en een nazi in grijstinten. (Critici maakten de film daarom af, en 'lafbeck' Steinbeck distantieerde zich zelfs van de film...) Toch is het vuurwerk na dat kwartier wel op, en rest er een kabbelend zeedrama. Hoewel de cast geplaagd werd door ziektes merk je van al dat lijden maar bitter weinig. Zeker niet als begint op te vallen dat de camera bij elke close-up van Tallulah Bankhead met vaseline is ingesmeerd. Dat is nog eens een anti-aging effect.

Anastasia
Onbedoelde verlenging van het Truffaut-project. Anastasia is volgens de New York Times één van de 1000 beste films aller tijden. Truffaut zou verbijsterd zijn. 'Litvak despises you, despise him back', adviseert hij. Hoewel ik Truffauts tips soms ook wat conservatief vond, heeft hij hier gelijk. Anastasia is een suffe royalistische fantasie. De film heeft psychologische mogelijkheden, maar benut ze nergens. Dat verwacht je ook niet van een Omroep Max-drama. (60 jaar later hebben we op de Nederlandse tv zo'n beetje dit niveau bereikt.) Ingrid Bergman speelt een Parijse zwerfster, die door wat Russen van de straat wordt opgepikt. Zij moet een verdwenen Romanov zijn. Leider van de Russische clan is Yul Brenner. Naast Tommy Wieringa-flamboyant is hij ook opmerkelijk kwiek, alsof hij net uit het Zwanenmeer is weggelopen. De Pygmalion-cursus is nog aardig. Imposters zijn natuurlijk altijd een fijn thema, denk maar aan Le Retour de Martin Guerre. 'Anastasia' overtuigt langzaam zichzelf én de anderen. Daarbij vergeten we maar even dat ze toch onmogelijk Russisch kon spreken. (Of sprak de Russische upper class nog altijd alleen Frans.) Komisch weerwerk tegen de verveling komt van de oude keizerin, die haar hofdames afsnauwt. 'For a woman your age sex should only mean gender.' Was Audrey Hepburn er maar bij geweest...

Ludo, Monday, 2 June 2014 06:54 (nine years ago) link

Het lag aan al die films waarin de lelijk jongens wél gewoon altijd het mooie meisje krijgen.

Die verdient:

http://cafewitteveen.files.wordpress.com/2010/10/63031_1485605577335_1149750185_32371760_7271009_n.jpg

OMC, Monday, 2 June 2014 07:06 (nine years ago) link

ja :) en het mooiste was een verdediging van een kerel die in alinea 2 doorwrochtig toe moest geven eigenlijk een vriend van de schrijfster van dat artikel te zijn, waarna hij allengs verstrikter in vlechtwerkje van onzin-argumenten raakte. Heerlijk. Dit krijg ik nu allemaal mee dankzij Amerikaanse Facebook-vrienden. Wat een land...

Ludo, Monday, 2 June 2014 11:14 (nine years ago) link

de ondertitel van Le Testament is trouwens 'ou ne me demandez pas pourquoi!' :) :)

Ludo, Monday, 2 June 2014 14:46 (nine years ago) link

My Darling Clementine
Destructieve patronen. Ze vormen de loner-modus bij uitstek, en John Ford maakte er een bijzonder fraaie western over. De actie is schaars, veelal zitten de personages in schaduwrijke saloons te lummelen of te pokeren. (Volgens mij het favoriete Amerikaanse spelletje, juíst omdat je zo makkelijk kan valsspelen.) Een vals bespeelde piano doet de rest. Henry Fonda maakt zijn entree met een nooit vertoonde morsige baard. Hij is met koeien en broers op weg naar Californië, maar 'omstandigheden' doen hem van gedachten veranderen. De baard gaat eraf, en met degelijke snor wordt Fonda The Law. Er is genoeg gespuis dat nogal racistische correcties nodig heeft, maar net als de regenachtige beelden is de film op d'r best in grijstinten. Victor Mature speelt een fenomenale, wonderlijke rol als 'doc' gone bad. Hoestend en proestend is hij al een tijdje op zoek naar zijn einde. Hij kan zichzelf nauwelijks nog aankijken in de spiegel. En al die diploma's dan... Zeer aandoenlijk. Fonda brengt naast de wet vooral constructief denken. Clementine, die pas na veertig minuten haar entree maakt, wordt door beide mannen begeerd, maar Fonda moedigt zijn concurrent allervriendelijkst aan. Zelf gaat hij een beetje onwennig naar de kapper. Zo zit de film vol voorzichtig gepoch en verlegen gesnoef. Het filmische equivalent van een samenzweerderige por in je zij. 'Have you ever been in love' vraagt Fonda aan de salon-uitbater. 'No sir, I've been a bartender all my life.'

The Taking of Pelham One Two Three
Back in the New York groove. Lekker morsige seventies-film. Snotterig bovendien, want een heel stel personages heeft 'the flu'. De melting pot New York kookt over als een metro wordt gegijzeld. 'Wie wil er nou een metro stelen!?' Wat New York zo onamerikaans maakt is de politieke incorrectheid. Misschien is dat een goed teken in een multi-culti samenleving. Dat iedereen op iedereen inhakt. Zo is er een baasje van de metromaatschappij die zelf wel eens even verhaal gaat halen bij de terroristen. Hij stormt met zijn Rusissche bontmutsje op koortsachtig scheldend naar buiten. Dan verdwijnen de scheidslijnen tussen oud racistisch wit mannetje, jood en Italo. Op het hoofdkantoor probeert Walther Matthau zijn gemak te houden. Dat gaat lastig, want hij wordt omringd door lawaai. Niks smooth gerund command centre. Dan heeft Robert Shaw als leider van de schurken (Mr. Blue, Mr. Green, etc) het beter voor elkaar. IJzig kalm is hij de rationaliteit zelve. Warmbloedige woede versus koele berekening. Het middenstuk van de film is een tikkeltje saai en te olijk – steeds maar weer Matthau die naar de telefoon hobbelt om nieuwe eisen te horen – maar de sterke finale vormt een overduidelijke inspiratie voor Speed. Actie op een paar 'levels', en een paar verrassend gestoorde acties. En je weet dat de burgemeester eraan komt als je 'boeee' hoort.

Le Journal d'une Femme de Chambre
Wat betreft Bunuel moet ik in herhaling vallen. De man wordt grappiger met elke film die je ziet, zonder dat zijn stijl nu verandert. Als je alle Bunuels hebt gezien ben je waarschijnlijk een meesterlijk pestkop geworden. Van wie kun je het klieren nu beter leren? Ook Le Journal is weer bijzonder gemeen. Misschien lag het enkel aan oenige hoofd van Michel Piccoli, maar ik moest aan Allo Allo denken. Stel je een aflevering van die serie voor geregisseerd door Bunuel voor, en je kan enigszins voorstellen hoe de Fransozen hier gierend uit de bocht vliegen. Alledaags antisemitisme is de stinkende kers op deze chique taart. (“Bereid met citroen bloesemwater, meneer de pastoor”) Alle mogelijke maatschappelijke standen vangen elkaar vliegen af in een Frans dorpje. Cuckold Piccoli geilt op willekeurig welk beschikbaar dienstmeisje. Zijn frigide vrouw bekt ze op andere manieren af. Opa maakt de dienstmeisjes tot levende fetisj-poppen... En de dienstmeisjes zelf? Die laten het zich allemaal welgevallen, want je weet nooit wanneer opportunisme je van pas komt om deze Dumonteske ellende te overleven. Jeanne Moureau staat er als de Beatrix-achtige femme de chambre middenin, en switcht al naar het gelang het uitkomt, van jarretels of partij. Klinkt koeltjes, is bitter vermakelijk. Daar vliegt alweer een stuk afval over de heg!

Ludo, Thursday, 5 June 2014 06:53 (nine years ago) link


You must be logged in to post. Please either login here, or if you are not registered, you may register here.